Argumenten kan je zien als tijdelijke placeholder, waarbij de argumenten pas worden ingevuld wanneer de functie word aangeroepen, dit kan handig zijn als je de functie meerdere keren wilt gebruiken met andere waarden. Een parameter is dus deze placeholder en een parameter is niet meer dan het definiƫren van een variabel, het argument is dus de definitieve waarde die je invult wanneer je de functie aanroept.